Tekst: Wouter Pennings & Lionel Stute
Dat de realiteit pijnlijk kan verschillen met de verwachtingen, is duidelijk zichtbaar bij twee grootmachten van het Italiaanse voetbal die vanavond in Milaan de degens kruisen. Milan en Napoli, beiden misschien een tikkeltje naïef aan het seizoen begonnen in de hoop mee te spelen om de landstitel, bevinden zich na ruim een derde van het seizoen al op respectievelijk 14 en 11 punten van koploper Juventus. Terwijl aan beide zijden een aantal gevestigde namen niet thuis geven, zijn er natuurlijk ook lichtpuntjes. Sportpreview lichtte er twee uit, toevallig ook nog eens landgenoten van elkaar.
De goochelaar van Banlieue 94
Terwijl eigenaar Silvio Berlusconi alweer voor de vijftiende vrijdag op rij tijd wist te vinden om Milanello te bezoeken, staat Milan er voorafgaand aan de evenzoveelste speelronde niet echt florissant voor. De wisselvallige resultaten (vijf keer winst, zes keer gelijk, drie keer verlies) zijn het rechtstreekse gevolg van het ontbreken van vaste patronen in de ploeg van trainer Filippo Inzaghi.
Het gebrek aan consistentie bij de rossoneri heeft er mede mee te maken dat de voormalige goalgetter nog geen enkele keer dezelfde elf namen in het veld bracht. Daarom is het des te opvallender dat de meest constante speler, zowel in aantal optredens als in prestaties, luistert naar de naam Jérémy Ménez. Ooit een enfant terrible, die explosies van klasse maar al te vaak afwisselde met ongeïnteresseerd gesjok over de groene zoden. Als hij dan tenminste nog bewoog, want geen speler kan zo demonstratief stilstaan en ‘het koppie laten hangen’ als de temperamentvolle Fransman.
De Serie A maakte al kennis met de pingelaar tussen 2008 en 2011, toen hij uitkwam voor Roma. In een aanval met Francesco Totti en Mirko Vucinic, twee min of meer dezelfde types, was voor de flegmatieke aanvaller vaak niet meer dan een bijrol weggelegd. Hij viel dan vaak ook meer op vanwege zijn rugnummer: 94. Een subtiele verwijzing naar zijn roots, Banlieue 94, één van de gevaarlijkste voorsteden van Parijs. Ménez groeide er letterlijk op tussen de prostituees, omringd door misdaad en mislukte integratie. Dat alles in armoede, waaraan hij slechts middels zijn voetbaltalent kon ontsnappen.
Dankzij zijn transfervrije status kon Ménez, na drie seizoenen bij Paris Saint Germain niet meer nodig na de volgende aankoopgolf, zich verheugen in de belangstelling van Milan, dat al vroeg in het jaar toesloeg. Dat amministratore delegato Adriano Galliani het goed heeft gezien moge inmiddels duidelijk zijn. Mede dankzij vier benutte strafschoppen staat de teller op zeven treffers – een ongekend moyenne in zijn loopbaan.
Ze noemen hem Houdini. Naar de goochelaar die onmogelijke stunts uithaalde. Parma-doelman Antonio Mirante zal instemmend knikken. De goalie moest op de tweede speeldag van de competitie mogelijk al het doelpunt van het jaar toestaan, toen hij in de met 5-4 door Milan gewonnen spektakelwedstrijd in de slotfase op de achterlijn werd omspeeld door uitblinker Ménez. De nummer 7 moest met de bal aan de voet ook nog om een doelpaal heen, om vervolgens nog af te rekenen met twee inglijdende verdedigers. De bal leek voorlangs te eindigen, maar dat was buiten een hakballetje van de man uit Longjumeau gerekend.
Ook de volley waarmee de 24-voudig international zijn ploeg op voorsprong zette in de Milanese derby verraadde zijn klasse. Bovenal lijkt de Ménez van Milan definitief veranderd te zijn. De ietwat onhandelbare jongen, die altijd maar als dat bijdehandte talent werd beschouwd en voortdurend in gevecht leek met zichzelf, lijkt eindelijk volwassen te zijn geworden als voetballer. Op 27-jarige leeftijd heeft hij eindelijk een voortrekkersrol, daar waar Stephan El Shaarawy nog te bleu lijkt en Fernando Torres tot nu toe afgaat als een gieter. Met zijn pijlsnelle dribbels, die vaak beginnen vanuit stilstand – de aard van het beestje zal altijd wel zo blijven – is het meer dan eens de Fransman die uit het niets iets probeert te creëren. Als het hele team ook maar een klein beetje zo constant weet te worden als Ménez, is de derde plek alsnog een haalbaar doel.
'De grootste gok van de Serie A'
Het gaat niet zoals men vooraf gehoopt had in Napels. Voor het derde jaar op rij werd de wens uitgesproken nu eindelijk eens tot het echte einde om de Scudetto te strijden. Na een kwart van de competitie lijkt die doelstelling opnieuw in het water te vallen. Toegegeven, in de Serie A werd sinds eind september niet meer verloren, maar de vier gelijke spelen in de laatste zes duels leggen de vinger op de zere plek. Napoli scoort, maar de verdediging houdt het slot niet op de deur. Clubs als Chievo en Torino, beiden net boven de degradatiestreep, kregen minder doelpunten tegen dan de huidige nummer zes van de ranglijst.
Het is juist daarom extra opvallend dat de revelatie van Napoli dit jaar juist in de verdedigende linie staat opgesteld. Vooraf werd door de kenners, waaronder ook Sportpreview, vooral middenvelder Jorginho bejubeld. De andere aankoop, Kalidou Koulibaly (23) leek uitsluitend voor de breedte. Slechts doelman Rafael Cabral en het aanvalsduo Gonzalo Higuain en Jose Callejon kwamen tot op heden vaker op het veld dan de Fransman. Van dit drietal verzamelde alleen de doelman meer basisplaatsen dan Koulibaly.
Niet gek voor een speler die vooraf werd bestempeld als 'de grootste gok van de Serie A'. Koulibaly was immers niet goedkoop voor een speler die niet eens een plek in de selectie van Les Bleus voor het wereldkampioenschap van Brazilië wist te veroveren. Hij kwam immers uit een inferieure competitie. Voor de speler die zijn sporen verdiende bij het Belgische KRC Genk van Mario Been werd zeven miljoen euro neergeteld.
In het huidige Napoli is Koulibaly in minder dan een half jaar tijd uitgegroeid tot een leider. Terwijl er toch echt een wereldkampioen naast hem in de verdediging staat, een aantal van zijn ploeggenoten al eens een EK-finale speelden en de spits deze zomer op een haar na de wereldbeker miste. In verdedigend opzicht leidt de lange verdediger zijn ploeg in alle opzichten, zelfs daar waar het gaat om wanneer er op buitenspel gestapt moet worden.
De daden van de jongeman van Senegalese afkomst zijn inmiddels wèl tot in alle uithoeken van Europa doorgedrongen. Het lijstje van begerende clubs is dan ook imponerend: Real Madrid, Barcelona, Manchester United, Chelsea en Bayern München zaten allemaal al eens op de tribune. Vooral zijn indrukwekkende voorkomen, Koulibaly is 1.95 en draagt 89 kilogram die bijna uitsluitend uit spiermassa bestaat met zich mee, maakt hem tot het type moderne verdediger waar topclubs zo vurig naar op zoek zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten