Als we de Belgen mogen geloven, komen de koningen van de cross dit jaar alleen naar Tabor om plichtmatige rondjes te rijden. Onze zuiderburen komen om te leren of om uitgezwaaid te worden en hebben het volgens de kenners vooral druk met elkaar in de wielen rijden. De echte titelfavoriet is een Nederlander: Mathieu van der Poel.
De Nederlanders doen pas 35 jaar mee aan het front van de internationale cyclocross top. De eerste Oranjeklant die een medaille wist te veroveren was de peetvader aller Nederlandse fietscrossers, Hennie Stamsnijder. In 1980 veroverde hij brons in het Zwitsers Wetzikon. Het was Stamsnijders eerste medaille van in een reeks van vijf binnen zeven jaar. Het is bovendien het startschot van een periode van twintig jaar, tot en met de wereldtitel van Richard Groenendaal, waarin bijna ieder seizoen een Nederlander het podium op mag.
Spaanse geluksgrond
De eerste winnende Nederlander is ook Stamsnijder. Op 22 februari 1981 valt het muntje meerdere malen de kant van de man uit Enter op. Stamsnijder is gebaat bij een zwaar parcours en wordt op zijn wenken bediend. In het Spaanse Tolosa sneeuwt het namelijk op de dag van het wereldkampioenschap. Bovendien is Roland Liboton bij hoge uitzondering eens niet goed op het moment van de wedstrijd. De volgens velen beste veldrijder aller tijden wint in de jaren voor en na 1981 onafgebroken de regenboogtrui, maar de sneeuw en diepe zware modderstroken zijn hem te machtig.
Het is opvallend dat de eerstvolgende ontmoeting op Spaanse bodem ook de eerstvolgende Nederlandse wereldkampioen oplevert. Het is sowieso de grootste dag uit de geschiedenis van het Nederlandse veldrijden. Achter de winnende Henk Baars eindigt Adrie van der Poel voor de derde keer op rij als tweede op een WK. Het is al de vierde zilveren medaille uit zijn carrière. Met Frank van Brakel op plek vier is de Hollandse zegetocht compleet.
Vader Adrie en diens rivaal
Mocht Mathieu van der Poel de trui zondag mogen aantrekken dan is hij niet de eerste in de familie. Vader Adrie heeft het genoegen namelijk ook mogen smaken. Na de bronzen medaille van Wim de Vos neemt hij de rol van voortrekker op zich. Poeleke is nog altijd de grootste Nederlandse cyclocrosser aller tijden. Na vijf zilveren en één bronzen medaille is het in 1996 in het Franse Montreuil eindelijk zijn dag van glorie. De man uit Hoogerheide verslaat de torenhoge favorieten Daniele Pontoni en Luca Bramati uit Italië in de sprint. In 1999 zou Adrie ook nog een bronzen plak aan zijn prijzenkast toevoegen. Met een totaal van acht WK-medailles blijft hij Stamsnijder (vijf) ruimschoots voor.
Dat Van der Poel in 1996 kan triomferen heeft hij mede te danken aan zijn vaderlandse rivaal Richard Groenendaal. De man die in de voorgaande twee edities ('94 en '95) zilver heeft weten te veroveren is mede-favoriet voor de regenboogtrui. In de aanloop naar de wedstrijd in Montreuil heeft het duo het met elkaar aan de stok. Toch houdt Groenendaal de benen stil op het moment dat Van der Poel de aanval zoekt. Lange tijd lijkt hij zijn grote kans gemist te hebben. Tot hij in 2000 in zijn thuisstad Sint Michielsgestel alsnog aan het langste eind trekt. Groenendaal wordt daarmee de vierde Nederlandse nummer één van de wereld.
Boom, Styby en de Belgen
Na de titel van Groenendaal nemen de Belgen, altijd al een sterke vertegenwoordiger in de veldrijdsport, definitief het heft in handen. Maar liefst tien van de veertien titels gaan naar onze Zuiderburen. Slechts drie titels van de Tsjech Zdenek Stybar en één moment van Hollands glorie onderbreken de hoogtijdagen van de Vlamingen. Dat moment is voor Lars Boom. De Vlijmenaar is al jaren de grote belofte, hij heeft al meerdere wereldtitels bij de jeugd veroverd, als hij in 2008 bij de profs start en direct de titel voor zich opeist. Boom wordt dat jaar, als lid van de opleidingsploeg van Rabobank, ook nationaal kampioen op de weg. Hij kiest uiteindelijk voor het asfalt.
Met een medaille voor Lars van der Haar in Kentucky in 2013 is de Nederlandse rekening op het wereldkampioenschap veldrijden voorlopig gesloten. Van der Haar wordt door velen naast Van der Poel als één van de favorieten voor de titel dit jaar gezien. Hoewel hij een minder jaar doormaakte dan de afgelopen twee seizoenen pakte hij toch een aantal goede zeges. Het parcours in het Tsjechische Tabor zou hem bovendien op het lijf geschreven zijn. Krijgt de lijst der Nederlandse kampioenen uitbreiding in 2015?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten