donderdag 5 maart 2015

De opvallende verschijningen van Strade Bianche

De superlatieven zijn niet van de lucht wanneer men spreekt over een koers die eigenlijk nog ronduit in de kinderschoenen staat. De prof-editie van Strade Bianche beleeft zaterdag immers pas zijn negende editie. De vorige acht kregen allen een mooie winnaar, wordt dat dit jaar anders?

Het voelt een beetje alsof er gesproken wordt over een wonderkind, een prodigy, wanneer het onderwerp Strade Bianche onder wielerliefhebbers wordt aangesneden. De koers bevat alle elementen die de sport zo mooi maken. Er wordt stevig geklommen, er zijn moeilijk begaanbare wegen, de omgeving is mooi en het deelnemersveld is immer sterk bezet. Was men honderd jaar geleden begonnen met de tocht van San Gimignano naar Siena dan zou er over zes monumenten gesproken worden in plaats van vijf. Daarover zijn de romantici het eens.

Alleen maar mooie winnaars



De afgelopen acht edities leverden allen mooie winnaars op. Alexander Kolobonev was bijvoorbeeld de eerste. Ook wereldkampioenen Philippe Gilbert en Michal Kwiatkowski kwamen er eens als eerste over de streep. Fabian Cancellara won er zelfs al tweemaal. Een lijstje waar renners maar wat graag tussen willen komen te staan. Zo gaan Vincenzo Nibali, Alejandro Valverde, Greg Van Avermaet, Peter Sagan en Niki Terpstra allen bij hun ploegen als kopman van start. Opzoek naar die waardevolle toevoeging aan hun toch al imposante erelijsten.

Het parcours spreekt zowel specialisten van de Waalse klassiekers als die van de Vlaamse klassiekers aan. Zelfs klimmers als voormalig bergkoning van de Giro d'Italia Stefano Pirazzi wil wel een gooi naar de titel doen. Pirazzi is niet eens de meest opvallende verschijning van de wedstrijd. Ook de Colombiaanse klimgeiten Rigoberto Uran, Johan Esteban Chavez en Carlos Betancur willen ook wel een poging wagen.

Veldrijders en mountainbikers



Dat er een eeuwig voortdurende kruisbestuiving tussen het veldrijden en de weg plaatsvindt is bekend. Ook in 2015 staat een aantal (voormalige) grootmeesters van het veld aan de start in San Gimignano. Oud-wereldkampioenen Zdenek Stybar (Etixx-QuickStep) en Lars Boom (Astana) doen dit jaar mee. Officieel staan zij beide in dienst van een kopman maar wanneer zich kansen voordoen zullen zij die zeker niet afslaan.

De veldrijder die zaterdag het meeste aandacht zal trekken is echter de renner die schuilgaat onder startnummer 81. Onder dat nummer gaat Marco Aurelio Fontana van start. Fontana verzamelt al vele jaren plekken op de tweede pagina van de uitslagenlijst van veldritten maar verdiende daarmee wel de titel beste Italiaan die niet op de weg koerst. Fontana legde zich namelijk tot op heden nauwelijks toe op het racen op asfalt. Wel was hij al eens vierde (Peking '08) en derde (Londen '12) tijdens de Olympische mountainbikerace. In zijn jeugdjaren nam Fontana het op de mountainbike trouwens op tegen Vincenzo Nibali. Zoals ook Peter Sagan en Rider Hesjedal ooit titels wonnen op de onverharde wegen.

De broertjes van
Diezelfde Peter Sagan (die al twee keer tweede werd) en Vincenzo Nibali (die van zich deed spreken tijdens de 'Roubaix-etappe' van de afgelopen Tour de France) worden tot de grootste kanshebbers op de zege gerekend. Het tweetal kan daarbij wel eens hulp krijgen uit onverwachte hoek. Die van de familiekring.

Wat wil het geval, zowel de broer van Sagan (Juraj) als het broertje van Nibali (Antonio) verschijnen aan de start. Waarbij vooral Juraj de kastanjes uit het vuur zal moeten halen voor zijn bijna twee jaar jongere broertje. Juraj is namelijk met Peter mee overgekomen van Cannondale naar Tinkoff-Saxo om Peter door koersen als deze te loodsen en zo zijn winstkansen te vergroten. Anders is dat voor Antonio Nibali, de jongste telg uit de Nibali familie blijft namelijk in de ideale situatie ver uit de buurt van zijn grote broer. Antonio vervult de taak van helper namelijk voor één van diens grootste concurrenten, het voormalige wonderkind Damiano Cunego is zijn kopman bij Nippo-Vini Fantini.

Nocentini, de nummer 1



In deze lijst vol rariteiten mag natuurlijk de nummer 1 op de startlijst niet ontbreken. Wonderlijk genoeg luistert die naar de naam Rinaldo Nocentini. Dat de winnaar van de vorige editie het nummer niet draagt is op zichzelf niet bevreemdend, Michal Kwiatkowski is er immers nier bij. Maar waarom Nocentini is aangewezen om de honeurs waar te nemen kan uitsluitend verklaard worden door naar het alfabet te verwijzen.

De Italiaan Nocentini is kopman bij AG2R, hoewel zelfs dat bevreemdt wanneer men ziet dat bijvoorbeeld ook Carlos Betancur en Damien Gaudin voor de Fransen aan de start verschijnen, en mag daarom de 1 opspelden. Een nummer dat hem in zijn jonge jaren, na een bronzen en een zilveren medaille op jeugd wk's, veelvuldig werd toegedicht. Tot volle wasdom kwam hij echter nooit. Zijn grote succes waren de acht dagen gele trui in de Tour de France van 2009. Nocentini's laatste aansprekende uitslag was echtere een derde plaats. Dat was uitgerekend in deze koers. Een teken?

1 opmerking:

  1. […] verdient eigenlijk beter. Zoals de wedstrijden die we eerder onder de loep namen, Brabantse Pijl, Strade Bianche, Scheldeprijs, Kuurne-Brussel-Kuurne en Omloop Het Nieuwsblad ook op een hoop zijn gegooid met een […]

    BeantwoordenVerwijderen