En groupe aankomen op de Via Roma als slotstuk van Milaan-San Remo, de laatste dertig jaar zijn we er aan gewend geraakt. La Primavera is een koers voor de snelle mannen geworden. Een beetje sprinter heeft naast een veelvoud aan etappezeges in de grote rondes en klassiekers als Paris-Tours of HEW Cyclassic ook Milaan-San Remo op zijn palmares. Of je nu Laurent Jalabert, Erik Zabel, Mario Cipollini, Mark Cavendish of Alexander Kristoff heet, in het Italiaanse voorjaar zal je eens als winnaar over de meet komen.
Anders is dat in Oudenaarde. Daar waar de streep getrokken is van de Ronde van Vlaanderen. In 2011, het jaar waarin Nick Nuyens triomfeerde in Ninove, kwam een groep van elf op de finish af gedenderd, als er ooit een groepssprint geweest is, dan was het deze. Rekent men buiten Stijn Devolder dan zou in 2009 dertig man om de zege hebben gesprint in Meerbeke. Daarbuiten komt men alleen, a deux of in een drietal aan. Een peloton dat na 265 kilometer nog bijeen is lijkt in Vlaanderen nooit te gebeuren. Of toch?
Koers onthoofd, ander strijdplan
De moderne sprinter kan met gemak mee in een groot deel van de eendagsklassiekers. Waren mannen als Cipollini, Djamolidin Abdoesjaparov en ook Alessandro Petacchi in het verleden bijna uitsluitend geschikt om te zegevieren in de biljartlakenkoersen in de eerste week van de Giro, Tour of Vuelta, tegenwoordig wordt de sprint vooral beslecht door mannen met de grootste motor. 320 kilometer koersen met twee venijnige klimmetjes die opdoemen in de finale zoals in Milaan-San Remo is geen beletsel meer om in gesloten formatie de laatste kilometer in te gaan. Hetgeen de afgelopen dertig jaar in meer dan driekwart van de gevallen is gebeurd.
De Ronde van Vlaanderen is daarentegen vele malen selectiever gebleken. Zeventien keer klimmen en zestien maal over de kasseien is net iets teveel van het goede om het peloton bijeen te houden. Er zijn simpelweg altijd wel een handvol renners te vinden die bereid zijn om aan de boom te schudden. Behalve dit seizoen. Eerst moest Tom Boonen geblesseerd afhaken en niet veel later moest zijn Zwitserse evenknie Fabian Cancellara ook zijn naam laten doorstrepen door de organisatie. Wetende dat ook Philippe Gilbert niet naar Vlaanderen komt blijven alleen Sep Vanmarcke, Zdenek Stybar en, in mindere mate, Lars Boom over. Niki Terpstra mag zich hier ook bij voegen maar alleen als ploeggenoot Stybar onverhoopt niet in de voorste gelederen te vinden is. Zoals ook bij Team Sky Bradley Wiggins en Geraint Thomas onderling moeten uitvechten wie zich de kopman mag noemen. De drie laatstgenoemden zijn bovendien eigenlijk alweer kanshebbers uit de tweede lijn.
En dus doet zich het verrassende feit voor dat het merendeel van de ploegen de pijlen richt op een sprint. Team Giant-Alpacin heeft John Degenkolb, sprintwinnaar op de Via Roma, Team Tinkoff-Saxo zet vol in Peter Sagan, Alexander Kristoff (Katusha) won al tweemaal de sprint van de groep die achter de winnaar finishte in Oudenaarde en Lampre stelt maar liefst vijf rappe mannen op (Pozzato, Cimolai, Modolo, Richeze en Ferrari). Ook teams als Lotto-Soudal (Greipel), FDJ (Démare), Movistar (Ventoso en Rojas) en Androni (Gatto) zien meer in de kansen van de sprint dan in die van de eenlingen.
Conclusie: massasprint ja of nee?
In 2015 doet zich een gouden kans voor voor de mannen van de hoogste versnelling. Als er ooit een kans komt voor hen met een turbo dan is het nu. Lukt het de sprintersploegen om samen te spannen tegen Team Sky en Omega Pharma-Quickstep dan is het meer dan reëel dat zondag in de namiddag een groep van vijftig tot zelfs wel honderd renners gaat uitmaken wie zich bij het elitegezelschap dat zich Flandrien noemt mag voegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten