Het valt niet mee om een team in de American League East te zijn. De geest van mannen als Babe Ruth en Joe DiMaggio en andere Yankees uit het rijke verleden waart altijd over de divisie. Bovendien moet je tegen één van de drie topteams van deze eeuw strijden, Boston Red Sox. En zit het zowel in New York als in Boston een jaartje tegen dan is het een topjaar in Baltimore. Anders gezegd, hoe goed het team van Toronto Blue Jays ook is, een echte kans maken de Canadezen zelden.
Dat probleem tekent zich ook dit seizoen weer af. Toronto staat onderaan. Na drie weken staat Blue Jays op een winstpercentage van .450, net iets minder dan de helft (negen van de twintig) van de duels werd winnend afgesloten. Een score die alleen in de National League Central Division ook de laatste plaats (wanneer met Brewers gewisseld zou worden) zou betekenen. En dan zitten de mannen uit Toronto ook nog eens midden in een serie met grootmacht Boston. Niet veel om over te juichen dus. Behalve over Kevin Pillar, een zesentwintigjarige linkervelder.
Kevin wie?
Zelfs voor de geoefende volger is het soms moeilijk om over parate kennis over alle spelers in de MLB te beschikken. Dat is ook niet vreemd want dertig ploegen met veertig spelers op het roster, dat maakt twaalfhonderd man. En dan komen al die mannen die in de Minor Leagues azen op hun kansje in de hoofdmacht er nog bij. Het komt wel eens voor dat iemand niet op je radar staat.
Zo'n speler is Pillar. De man uit West Hills, Californië is aan zijn derde seizoen in de hoofdmacht van de enige Canadese ploeg in de MLB bezig. Zijn eerste jaar leverde hem 36 optredens op, met een slaggemiddelde van .205 en een On Base percentage van .250. Vorig jaar mocht hij zeventien keer vaker zijn jersey aantrekken, in 53 duels. Vreemd genoeg kwam hij slechts veertien maal vaker aan slag. Zijn cijfers waren echter wel aanmerkelijk beter .267 slaggemiddelde, .295 OBP. Ook kwam hij al drie keer in de Minor League All-Starselectie van zijn club Blue Jays terecht, wat erop neer komt dat hij drie jaar lang bij de meest veelbelovende spelers uit de opleiding hoorde.
De nieuwe Joe maakt sprongen
De bovenstaande cijfers zeggen echter minder over de rijzende ster dan de cijfers die hij als speler in opleiding kon overleggen. Zo haalde hij een slaggemiddelde van .347 in de Appalachian League in 2011. Aan Pillar kleeft bovendien een bijzondere belofte. In zijn tijd als college-speler zette hij een NCAA II-record neer. Dat was niet zomaar een record. Pillar zette een hitting streak van 54 wedstrijden neer. In alle leagues vanaf NCAA III en hoger zijn in bijna honderdvijftig jaar honkbal geschiedenis slechts vijf spelers in staat geweest een langere streak neer te zetten (allen in andere divisies). De hitting streak is voor eeuwig verbonden aan Joe DiMaggio. Een vergelijking, terecht of niet, is daarom snel gemaakt.
Zoiets schept verwachtingen, hoewel iedere honkbalfan weet dat een dergelijke reeks once in a lifetime is. Toch was het voorafgaand aan het seizoen 2015 maar de vraag of Pillar nog wel een toekomst in het honkbal had. Blue Jays had immers Michael Saunders bij Seattle Mariners weggehaald. De kansen leken zich voor het eerst tegen onze held aan slag te keren. Nog voor de seizoensvoorbereiding begon scheurde Suanders echter zijn meniscus, een blessure die je een fikse tijd aan de kant houdt. Pillar leek zich bewust van het geluk dat aan zijn zijde stond en greep zijn kans. Opvallend daarbij is dat hij dat niet aan slag maar juist op zijn plek op links deed.
(On)geloof
Het is opvallend dat Pillar ondanks zijn prestaties zo lang buiten de spotlight is kunnen blijven. Hij werd bijvoorbeeld niet vroeg gescout, hij werd pas in ronde 32 in de draft van 2011 opgepikt. Bijna duizend spelers hadden toen al een plekje veroverd. De eerste keer dat er uitgebreid over hem werd bericht was bovendien ook nog eens op de website Jewishbaseballnews.com. Niet dat het vreemd is dat Pillar Joods is, hij had er echter eerder zelf nog nooit met een woord over gerept.
Inmiddels is hij niet meer weg te denken uit de opstelling van Blue Jays. De cijfers spreken ook in zijn voordeel. Blue Jays lijkt iets vaker wedstrijden over de streep te kunnen met Pillar in het team dan dat ze deden voor hij een basisplaats afdwong. Bovendien lijkt hij zich definitief te vestigen op links, waar hij tweederde van de duels stond opgesteld, de vastigheid zou net dat verschil kunnen maken. Voor de organisatie is hij bovendien met zijn vijfhonderdduizend dollar een koopje. Wetende dat hij tot 2018 geen eisen op tafel kan leggen en tot 2021 zelfs niet zonder meer van club kan veranderen lijkt vooral Blue Jays de grote winnaar te zijn op dit moment.
[…] de AL Speler van de maand augustus Edwin Encarnacion. Een ander deel aan de revelatie van dit jaar Kevin Pillar, de man die zijn ploeg bij de hand nam toen het voor de zoveelste keer nergens op uit leek te […]
BeantwoordenVerwijderen