dinsdag 19 mei 2015

1995, de recensie

Natuurlijk weet iedereen nog waar 'ie was toen op 24 mei 1995 voorlopig voor de laatste keer een Nederlandse ploeg de Champions League-beker torste. En zelfs wie nog niet geboren was toen Patrick Kluivert in zijn debuutseizoen meteen de allerbelangrijkste treffer uit zijn loopbaan maakte, heeft het betreffende puntertje al ontelbare keren in de herhaling gezien. In Mike van Damme's 1995, het onverslaanbare Ajax van Louis van Gaal beleeft de lezer niet zozeer die wedstrijd opnieuw, als wel het hele proces dat tijdens en zelfs al vóór het seizoen leidde tot de Amsterdamse victorie. 

De Ajax Life-redacteur is daarbij zeer zorgvuldig te werk gegaan. Van Damme sprak met bijna iedereen die gedurende de Europese zegetocht ook maar iets met het eerste elftal te maken had en dat leverde een compleet document op dat bovendien leest als een hogesnelheidstrein. Wist je bijvoorbeeld dat het in de bloedhete Amerikaanse zomer van 1994 was dat Ronald de Boer, tijdens een trainingswedstrijd met de reserves van het Nederlands elftal, plotseling ontdekte veel beter als rechtshalf te kunnen fungeren dan als spits?

Het zijn dat soort anekdotes die 1995 een onmisbaar boek vormen voor de geschiedschrijving over het beste jaar in Ajax' clubhistorie. Elk hoofdstuk is gewijd aan één of meerdere hoofdrolspelers, die ieder op hun eigen manier bijdroegen aan het succes. Neem John van den Brom, die zijn basisplaats als inschuivende verdediger kwijtraakte aan Frank Rijkaard, die een linie naar achteren werd gehaald. De middenvelder maakte in de competitie nog wel zijn minuten, maar moest na iedere reservebeurt aan de bak bij het tweede. En dáár, op de winderige bijveldjes op maandagavond, moest je je plek weer verdienen, onder streng toezicht van de altijd aanwezige Van Gaal. Van den Brom hoopte in Wenen eindelijk zijn eerste minuten in het kampioenenbal te gaan maken, maar hoorde een dag voor de finale dat twijfelgeval Rijkaard tóch fit genoeg was en hem slechts een plek op de tribune restte.

Een niet te onderschatten element vormen ook de toelichtingen van Van Gaal zelf, die als ware hij ieder hoofdstuk vooraf onder ogen te hebben gekregen, steevast een verfrissend openhartig commentaar geeft. Bijvoorbeeld op zijn beroemde uitspraak, aan de vooravond van het seizoen, nadat de Amsterdammers ondanks een maandenlange inspanning naast het Braziliaanse supertalent Ronaldo grepen. 'PSV heeft Ronaldo, maar wij hebben Kluivert', zei de oefenmeester destijds zelfverzekerd over de topscorer van de A1 die op dat moment nog geen minuut in de hoofdmacht had gespeeld. Aan Van Damme geeft hij ronduit toe dat dat niets meer dan ijskoude bluf was. 'Ik vond Kluivert een aardig spitsje (...) Maar ik had hem nodig.'

Het knappe aan het boek van Van Damme is dat het verhaal zichzelf lijkt te vertellen. En dat verhaal is niets meer dan een eerlijk relaas over het ontstaan van een onverslaanbare ploeg, zonder zweverig of lyrisch te worden. Het is een verhaal over uit nood geboren keuzes, toevallige ontdekkingen en ook de teleurstellingen bij betrokkenen voor wie slechts een marginale rol was weggelegd. Zoals bankzitter Peter van Vossen, die de cup wel een kusje gaf, maar zich tot op de dag van vandaag geen deelgenoot voelt in het succes. En ook de onvermijdelijke wrijvingen, zoals in de rust van het cruciale duel in Wenen, toen routinier Rijkaard de overmoedige Seedorf (die als één van de weinigen niet is geïnterviewd) tot de orde moest roepen omdat die zich niet naar de tactische afspraken wenste te schikken.

In 1995 is Van Damme erin geslaagd om een minutieuze reconstructie samen te stellen van alle gebeurtenissen voorafgaand aan en gedurende het seizoen 1994/95 - en ook de jaargang erop, toen als toetje in Tokio de Wereldbeker gewonnen kon worden - die direct of indirect hebben bijgedragen aan het winnen van de belangrijkste prijzen in clubverband. Een unieke periode in de geschiedenis van het hele Europese voetbal, toen een ploeg met slechts één speler met Europacup 1-ervaring beslag legde op de Champions League. Misschien wel het meest treffend samengevat door Louis van Gaal zelf: '1995 was het beste jaar van deze ploeg. Dat zegt me dat intrinsieke kwaliteit, talent dus, belangrijker is dan ervaring.'

Wil jij dit boek winnen? Ga dan naar onze Facebookpagina door hier te klikken. Like en share de pagina en wie weet krijg jij dit boek straks thuisgestuurd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten