Omdat Tom Dumoulin nog niet eerder in deze positie heeft gezeten bestaat er geen direct vergelijkingsmateriaal. Van Fabio Aru en Joaquim Rodriguez weten we ruimschoots wat ze kunnen in grote rondes, maar de Limburger is een groot mysterie. Daarom pakken we al zijn uitslagen in vergelijkbare etappes en wedstrijden erbij en kijken we hoe zijn concurrenten het er deden. Onder die concurrenten rekenen we naast Aru en Rodriguez ook Rafal Majka, Mikel Nieve, Esteban Chavez, Daniel Moreno en Nairo Quintana. Tot slot nemen we het verloop van de eerste twee Vuelta-weken mee in de afweging.
Tijdrijden
Om met het goede nieuws te beginnen, tijdrijden is vanaf zijn allereerste werkdag als profrenner het domein van Dumoulin. De proloog van de Ronde van Andalusië 2012 sluit hij af als negende. Moreno, de enige van zijn huidige concurrenten die daar ook start, laat hij direct twintig seconden achter zich. Een goede maand later laat hij Chavez achter zich in het Críterium International. Een stuk minder gaat het een jaar later, opnieuw in Andalusië. Dumoulin wordt slechts drieëntwintigste en verliest van zowel Moreno als Quintana, zij het met slechts 0.02 en 0.01. In de klimtijdrit van de Tour de France van dat jaar, tussen Embrun en Chorges, wordt Dumoulin verslagen door zowel Rodriguez als door Quintana en Moreno.
Het is gelijk de laatste keer dat zijn concurrenten hem voor blijven. Dumoulin maakt in 2014 namelijk de definitieve stap naar de tijdrijderswereldtop. Zat er in 2012 en 2013 nog wel eens een misser tussen, vanaf het eerste moment van vorig seizoen staat de Limburger op scherp. Zijn slechtste resultaat in een tijdrit in de afgelopen twee seizoenen is een negende plaats in de proloog van Parijs-Nice 2015.
Het grote voordeel voor Dumoulin is het parcours. Zo zat Rodriguez hem al een aantal maal op de hielen, maar alleen wanneer het routeboek hoogtemeters aangaf. Hij bleef in de jongste Ronde van het Baskenland slechts 0.04 achter de man van Giant-Alpecin. In diezelfde tijdrit werden Quintana (0.30), Chavez (1.46), Nieve (1.56), Majka (2.19) en Moreno (2.53) allen op een achterstand gezet die Dumoulin in deze Vuelta naar het rood zou moeten brengen. Al was die tijdrit weliswaar half zo lang, achttien kilometer, maar wel berg op. Bovendien kan niemand goed inschatten hoeveel effect zijn gewichtsverlies van de afgelopen weken op zijn kunde in het racen tegen de klok heeft. Een belangrijke slotopmerking daarbij is dat Dumoulin en Aru elkaar vrijwel nooit tegenkomen in tijdritten vanwege verschillende agenda's. Aru heeft in zijn carrière echter pas één echt goede tijdrit geproduceerd, eentje waarbij de Italiaanse wegen steil omhoog voerden.
Andere etappes
Na de tijdrit volgen nog vier etappes. Daarvan is de slotrit naar Madrid, zoals de traditie van de grote rondes dicteert, te verwaarlozen. Blijven over de etappes van donderdag, vrijdag en zaterdag. Op donderdag trekt het peloton naar Riaza. De rit kent een redelijk vlakke aanloop richting de Puerto de la Quesera. Deze klim van eerste categorie kan een scherprechter zijn, ware het niet dat na de top dertien kilometer afdalen naar de finish in het routeboek staat aangegeven.
Een dag later volgt misschien wel het meest verraderlijke stukje dat deze Vuelta nog herbergt. In Avila, een plek waar veel Vuelta-geschiedenis ligt, moet na een betrekkelijk makkelijke etappe met onderweg een beklimming van de derde categorie en een klim van de tweede categorie, een vervelende sprint op vals plat terrein worden uitgevochten. Dat ziet er als volgt uit:
Het echte gevaar voor Dumoulin blijft de etappe van zaterdag, van San Lorenzo de El Escorial naar Cercedilla. Mocht Dumoulin al in het rode tricot aan de start verschijnen, dan zal zijn voorsprong waarschijnlijk maximaal een minuut bedragen. Met vier bergen van eerste categorie kan een vroege aanval van de klimmers de Limburger van zijn stuk brengen. Denk aan de tactiek die Team Movistar in de jongste Tour de France voerde in de laatste bergetappe om leider Froome aan het wankelen te brengen. De Brit hield hen maar ternauwernood van zich af. Al eindigt de rit van zaterdag, anders dan op Alpe d'Huez, wel bergaf.
Conclusie: De rode trui veroveren kan, hem behouden wordt een fikse opgave
Geen opmerkingen:
Een reactie posten