woensdag 18 juni 2014

Drie spelers die Spanje wel verder hadden gebracht

De Spaanse furie is gedoofd. De ploeg die drie titels op rij won gaat roemloos af door de zijdeur op het wereldkampioenschap in Brazilië. Tijd voor een frisse wind.


Ergens had bondscoach Vicente Del Bosque de bui kunnen zien hangen. Zijn elftal leunt nog altijd zwaar op de selectie van FC Barcelona. Enerzijds logisch gezien het succes dat Xavi, Iniesta en consorten het Spaanse voetbal de afgelopen tien jaar brachten. Anderzijds onbegrijpelijk wie terugdenkt aan de langzame, maar soms niet zachtaardige (FC Bayern München), ontmanteling van de wonderploeg uit Catalonië.

De desastreuze wk-campagne van Spanje in 2014 doet denken aan het falen van Nederland twee jaar eerder. Nog sterkere paralellen vertoont het met de afgang van Frankrijk in 2002. Ook die ploeg had in de jaren ervoor alle titels in de wacht gesleept en ook die ploeg zat na drie speelronden weer thuis.

Wisseling van de wacht
De oplossing voor Spanje is simpel:verjongen. Dat kan ook gemakkelijk, de nationale selecties onder 21 en onder 19 wonnen beiden twee Europese titels op rij en vorig jaar was ook onder 17 Europa's beste van zijn generatie.

Een deel van de verjonging had al ingezet kunnen worden. Behalve de nieuwe motor, Thiago Alcantara, waren de jongelingen namelijk prima in staat toernooivoetbal te spelen deze zomer. Een drietal jongelingen in het bijzonder had Spanje zeer van dienst kunnen zijn.

Allereerst Asier Illaramendi. De Bask in dienst van Real Madrid had naast Xabi Alonso moeten staan in plaats van Xavi Hernandez. Hoewel Illara tijdens het seizoen in zijn eerste jaar bij Real Madrid voorbij werd gestoken door Luka Modric geldt hij als de grote belofte als verdedigende middenvelder. 2014 was zijn leerjaar en alleen al een selectie voor La Furia Roja had een goed examen geweest.

Aanvallers
Naast Illara had een andere Madrileen mee naar Brazilië moeten gaan. Alvaro Morata, opnieuw een bankzitter bij zijn ploeg, had het spitsenprobleem op moeten lossen. Morata is de ultieme pinchhitter. Zowel bij Real Madrid als in het Spaanse onder 21 elftal scoort de invaller aan de lopende band. De afgang van Diego Costa was niet te voorzien. Dat Fernando Torres en David Villa geen adequate vervangers waren wel.

De derde man die Spanje verder had kunnen helpen speelde ook niet alles bij zijn club, maar zelfs de grootste spelers op aarde doen dat niet. Jesus Navas deelde de bank bij Manchester City met bijvoorbeeld Aleksander Kolarov en Sergio Aguero. Op de vleugels bleken Andres Iniesta en David Silva over geen enkele punch te beschikken. Jesus Navas had die vleugelflitser moeten zijn.

Als Del Bosque het vertrouwen van de Spaanse bond krijgt en zijn contract tot en met het EK van 2016 mag uitdienen dan doet hij er verstandig aan dit drietal te selecteren. Vul daarbij namen als Jese, Isco en Alcantara in en de rode machine mag gewoon weer aanspraak maken op de titel in 2016.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten