Zoals we al voorspelden in mei 2014, het werelduurrecord is hot. Bijna een decennium lang keek niemand naar de eretitel, die in bezit was van een volslagen onbekende Tsjech, om. Recentelijk is het binnen vier maanden al drie keer van hand tot hand gegaan. Vanavond bestaat er een kans, zij het een minieme, dat het record voor het eerst sinds 1937 in Nederlandse handen komt. In het Mexicaanse Aguascaliente valt Thomas Dekker, het talent dat nooit tot volle wasdom mocht komen, de op 8 februari geklokte tijd van Australiër Rohan Dennis aan. Dennis en Dekker waren vorig seizoen nog ploeggenoten bij Garmin-Sharp. Wil Dekker het record in handen krijgen zal hij minimaal 52,5 kilometer moeten wegtrappen. Dennis kwam namelijk tot 52,491. Kan hij dat?
Pre-doping Thomas
We duiken in de cijfers van ProCyclingStats.com. We graven in de tijdrituitslagen van Dekker tijdens zijn carrière. Die zetten we bovendien af tegen de drie recente titelhouders Voigt, Brändle en Dennis. Vergelijkend materiaal op de baan is er immers niet van Dekker. Of het moet de halfslachtige kermiskoerserij die hij zo nu en dan op zesdaagsen bezigde zijn. In dat geval zou hij bij voorbaat kansloos zijn.
Dat Dekker een begenadigd racer tegen de klok is blijkt uit de oudste tijdrituitslag die op de databasewebsite te vinden is. De proloog van de Nederlandse Ster-Elektotour 2003 weet hij direct te winnen, en passant weet hij ook Fabian Cancellara te verslaan, beiden halen overigens een gemiddelde van 51.276 maar over slechts 4,8 km. Echt serieus wordt het in de Ronde van de Algarve van 2004. hij wordt vierde achter een dubieus US Postal trio (Armstrong, Landis en Pena), hij verliest er maar twaalf seconden op winnaar Armstrong.
Dan het Criterium international in 2005, de wedstrijd waar hij bekend werd bij grote publiek. Opnieuw moet hij een dubieus drietal voor laten, ditmaal van team CSC: Julich (49,388), Voigt (49,145) en Arvesen die net als Dekker 48,506 rijdt. Het is de eerste directe confrontatie met één van zijn huidige 'rivalen'. Dekker is dan twintig, Voigt is 34. Vanaf dan haalt Dekker altijd gemiddelde snelheden tussen 45 en 50 kilometer per uur en eindigt altijd bij de top. Ook in bijvoorbeeld de Giro d'Italia. Het is ook het jaar waarin Sosenka zijn 49.700 rijdt. Sosenka verslaat hem overigens ruimschoots op het wereldkampioenschap.
Hij wint onder andere Tirreno-Adriatico in 2006 en de Ronde van Romandië in 2007 dankzij sterke tijdritten. Het tempo dat hij dan aan de dag legt op de weg zou nu ruimschoots goed genoeg zijn om het werelduurrecord te verpletteren. Dekker haalde in korte tijdritten op de weg een gemiddelde dat maar net onder dat van Voigt op de baan van Grenchen lag in september 2014.
Thomas sinds zijn terugkeer
Thomas Dekker 2.0 is een ander verhaal. Neem de lange tijdrit in Parijs-Nice van 2012. De eerste grote afspraak sinds zijn comeback. Dekker wordt daarin zeventigste. Weliswaar betreft het een klimtijdrit, waar naast talent ook inhoud voor nodig is, maar de veertien jaar oudere Voigt, inmiddels 41, eindigt maar liefst 41 plaatsen hoger. Voigt is een minuut en vijftien seconden sneller dan de Noord-Hollander. Ook in het Criterium International, ooit het domein van de twee kemphanen, is de oude Duitser sneller. Zij het slechts vijf seconden en een goede 550 meter gemiddeld per uur.
Hoewel hij in de eerste maanden van 2012 nog aardig mee kan komen, Dekker haalt dezelfde acceptabele gemiddelden als van voor zijn schorsing, komt al snel de klad erin. Zo is anti-tijdrijder Bauke Mollema bijvoorbeeld zowel in de Ronde van Zwitserland als in de Vuelta a Espana, minder slecht dan Dekker. Let op de nuance, beiden spelen geen rol.
Een lichtpuntje: in 2013 opent hij het seizoen met het verslaan van Brändle in de Tour Mediterranéen. De Oostenrijker klokt 41.221 (plek 57), Dekker eindigt veertien plekken hoger (43) met een gemiddelde van 41.840. Zoals hij aan het einde van 2013 zesenveertigste wordt in de tijdrit van USA Pro Challenge met een gemiddelde van 34.562. Voigt wordt nummer 58 en rijdt 33.994 kilometer per uur. Rohan Dennis wordt er zelfs op plek 93 terug gevonden met 32.344 gemiddeld.
In het Criterium International van 2014 wordt Dekker flink zoek gereden door zowel Dennis (tweede, 45.818) als Brändle (vijftiende, 44.133) hij eindigt zelf op plek 59 met een gemiddelde van 42.568. In Circuit de Sarthe is Dennis (tweede, 49.959) te sterk voor Dekker (zeventiende, 48.379) en in de USA Pro Challenge is Voigt (18, 35.450) te sterk (Dekker: 48, 33.639). Brändle verslaat hem in de Tour of Britain (5, 52.364 om 20, 51.014).
Een troost is dat Brändle op het wereldkampioenschap op de weg slechts 47 kilometer per uur kon rijden, daarmee werd hij vijfendertigste. Vijf weken later, op 30 oktober, brak hij het nog verse record van Jens Voigt. Op dat eerder genoemde wereldkampioenschap werd Dennis, houder sinds 8 februari, vijfde, hij voltooide de 47.1 kilometer met een gemiddelde van 49.262.
Conclusie
De realiteit is dat de wegcijfers niet leidend kunnen zijn voor een prestatie op de baan. De omstandigheden zijn simpelweg te verschillend. Wel is het zorgwekkend dat Dekker zijn 'rivalen' anderhalf jaar geleden voor het laatst nipt versloeg. Waarbij allen bovendien in de achterhoede van de wedstrijd vertoefden.
Anderzijds toont Dekker al weken zijn ouderwetse branie. Hij laat duidelijk merken wat hij aan het doen is en wat zijn doel is. Dat kan een teken van goede vorm zijn. Bovendien is niemand van de redactie van Sportpreview betrokken geweest bij de voorbereiding van Dekker, hetgeen een oordeel vellen erover onmogelijk maakt. De conclusie is dat het kan, maar alleen als alles meezit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten