woensdag 24 september 2014

De mooiste wielerkoersen die niet meer bestaan

Gisteren werd bekend dat de Ronde van Peking in 2015 van de kalender verdwijnt. De World Tour koers krijgt volgende maand pas zijn vierde editie. Het verdwijnen van de etappekoers past in het nieuwe beleid van minder koersdagen en kleinere selecties.

Hoewel UCI-voorzitter Brian Cookson er in het interview vrij luchtig over doet is het experiment in China ronduit mislukt. Geen van de eerste drie edities kende enige spanning in het koersverloop. Het mondialiseren van de wielerkalender, wat op sommige plaatsen in de 'nieuwe wielerwereld' goed lukt, kent vooralsnog zijn waterloo in China.

In recente jaren kregen nieuwe koersen vaak direct een hoge UCI status, de World Tour status (.UWT) of Procontinetale status (.1) werden vooral toegekend aan koersen in landen waar de wielersport als kleine sport aan populariteit won. Door de komst van de koers in Peking maar ook door die in China, Montreal, Quebec en Californië (inmiddels alweer van de World Tour kalender) verdwenen grote, traditionele wedstrijden naar de achtergrond.

Sportpreview dook in de archieven en vond vijf schitterende wielerkoersen die niet meer bestaan.

Bordeaux-Parijs



Heden ten dagen klaagt men nogal eens over de lengte van de etappes en koersen. Dit terwijl met name in etappekoersen het aantal dagkilometers flink gedaald is. Vaak is niet meer dan één etappe langer dan tweehonderd kilometer.

De lengte van de klassiekers is nagenoeg gelijk gebleven en wedstrijden als Milaan-San Remo, Parijs-Roubaix en de Ronde van Lombardije worden dan ook door de renners als een fikse opgave gezien. Al deze koersen vallen echter in het niet bij Parijs-Bordeaux. De afstand van deze 'echte' klassieker (de geschiedenis gaat terug tot 1891) was 560 kilometer. Af te leggen in één dag. Anderhalf maal meer kilometers nog dan de drie jaar oude tweedaagse World Ports Classic tussen Antwerpen en Rotterdam.

Bordeaux-Parijs verdween in 1988 van de kalender. Dit omdat de wedstrijd, die traditioneel achter de derny (motorfiets) werd gereden. Toen de organisatie besloot de derny te schrappen en de renners op eigen kracht de koers moesten fietsen, in 1986, bleek al gauw dat de opgave nauwelijks menselijk was te noemen. De Belg Herman van Springel geldt als Mister Bordeaux-Paris, hij won zeven keer.



Grand Prix du Midi Libre



In 2004 werd Christophe Moreau de laatste renner in een illuster rijtje. Een lijst van renners die de Grand Prix du Midi Libre op hun naam hadden geschreven. De namen die op de hoogste trede van het podium hadden gestaan logen er niet om.

Iban Mayo, Laurent Jalabert, Miguel Indurain, Luc Leblanc, Gilbert Duclos-Lasalle, Jean-René Bernaudau, Francisco Moser, Raymond Poulidor, Eddy Merckx en Luis Ocana, behoorden tot de voorgangers van Moreau. Dat de Midi Libre, zoals de koers in de volksmond heette, zo populair was had alles te maken met zowel het terrein als het tijdstip. De etappewedstrijd in Zuid-Frankrijk bleek bij uitstek geschikt ter voorbereiding op de Tour de France.

In 2002 kwam de organisatie van de Grand Prix du Midi Libre, die ooit in 1949 zoals vele wedstrijden werd opgezet door een krant, in geldnood. In 2003 verdween de wedstrijd van de kalender. De editie van 2004, gewonnen door Moreau, bleek een eenmalige comeback.



Grand Prix des Nations



Net als de eerder genoemde Grand Prix du Midi Libre verdween nog een andere iconische wedstrijd in het Franse landschap van de kalender. De Grand Prix des Nations vierde dat jaar zijn tweeënzeventigste verjaardag met de zeventigste editie.

Het verdwijnen van de Grand Prix des Nations staat symbool voor de verminderde liefde voor de kunst van het tijdrijden bij organisatoren. Hetzelfde is te zien in etappekoersen waar tijdritten meer dan gehalveerd zijn in afstand, vaak nog maar één keer op het programma staan in drie weken en soms zelfs totaal niet serieus meetellen voor de klassementen. Dit laatste geldt vooral voor ploegentijdritten.

De Grand Prix des Nations kan gezien worden als het officieuze wereldkampioenschap tijdrijden. De wedstrijd was namelijk lange tijd de plek waar de grootste tijdrijders van dat moment hun degens kruisten. Sinds de komst van het WK tijdrijden en de Olympische tijdrit halverwege de jaren negentig werd de wedstrijd minder belangrijk. De komst van de World Tour in 2005, destijds met ploegentijdrit in Eindhoven, betekende het definitieve einde.



Züri-Metzgete



Zoals vele koersen in het eerste decennium van de eenentwintigste eeuw overkwam moest ook in Zwitserland de stekker eruit vanwege een gebrek aan inkomsten. Daarmee kwam er een einde aan de prof-editie van deze eendagsklassieker.

Züri-Metzgete, of de Grote Prijs van Zürich, was één van de founding races van zowel de UCI Wereldbeker als van de UCI World Tour. De koers, die in 1914 voor het eerst werd georganiseerd en vanaf 1917 jaarlijks terugkeerde, werd dan ook door een aantal grootheden gewonnen. Zo staan Ferdi Kübler, Gino Bartali en Hugo Koblet op de erelijst maar vinden we ook Johan Museeuw, Michele Bartoli en Paolo Bettini tussen de voormalig winnaars.

In 2007 werd de wedstrijd voor het laatst beslecht met Samuel Sanchez als winnaar. Tegenwoordig is de koers verplaatst naar september en wordt hij door amateurs gereden.



Porto-Lissabon


PortoLisboa

Ook in Portugal moest men in 2004 de stekker uit een klassieker trekken. Deze Portugese wedstrijd genoot echter nauwelijks bekendheid bij het grote publiek. Toch was Porto-Lisboa een wedstrijd voor de echte kilometervreters. De afstand bedroeg maar liefst 330 kilometer en was tussen 1988 en 2004 de langste koers op de UCI-kalender.

Dat de wedstrijd niet heel erg populair was onder de professionele ploegen en hun renners kwam mede door het nationalistische karakter van Porto-Lissabon. De koers stond immers in het teken van de nationale feestdag. van de 74 edities tussen 1911 en 2004 werden er maar liefst zesenzestig door Portugese renners gewonnen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten